Om half 11 pas stappen we in de taxi. Entreekaartjes gekocht, water en ijsje. Omdat het
prachtig weer is, blauwe lucht en 35 graden lopen we niet te hard en niet erg veel. We
stoppen af en toe als er schaduw is. Lin vindt het dan prachtig om rond te rennen en met
plantjes onkruid te spelen. We lopen vooral aan de zijkant van de grote binnenpleinen van
De Verboden Stad omdat daar de minste toeristen lopen. Het heeft als groot nadeel dat het
hier erg lastig rijden is met de buggy op de bijna 600 jaar oude stenen omdat die op de
meeste plaatsen helemaal geërodeerd zijn. Lin wordt in de buggy helemaal door elkaar
geschud.
Na een uurtje of anderhalf geslenterd, gebuggied en met Lin aan de arm gelopen
te hebben keren we om, en lopen richting. Dit keer nemen we toch maar de weg van de meeste
weerstand, door de stroom toeristen heen, door het midden, tegen de stroom in want
iedereen loopt van zuid naar noord. Dan is het trap op en trap af. Je moet er wat voor
over hebben om met je kind een leuke dag te hebben. Nu begrijpen we ook meteen waarom we
de enige zijn hier met een buggy
|
Zijdemarkt
Gezellig met Hans, Trudy en Jindi naar de zijdemarkt, daar hebben we nog wat Chinese
kleertjes gekocht. En een stempel met Lins naam in karakters laten maken. En
natuurlijk onze dochters geshowd aan alle verkoopsters op de markt.
|
Het plein straalt iets uit. Niet alleen omdat het zo immens groot is, maar ook omdat hier
zoveel gebeurd is: de militaire parades, bloedige zondag in 1917, pro democratische
studentenopstand in 1989. Of het nu toeval is of niet, maar na een vaste slaap wordt Lin
wakker als we op het immense plein aankomen. Ze loopt een klein rondje op haar specifieke
manier: parmantig het buikje naar voren, beetje waggelend, nonchalant haast omdat de
coördinatie nog niet volmaakt is. Ziet er
heel innemend uit. Dat vinden natuurlijk ook weer de voorbijgangers. Ongeveer 80% van alle
Chinezen kijkt eerst naar Lin in de buggy. Denken Goh, leuk kindje, kijken
naar wie het wagentje voortduwt. Realiseren zich He, blanken kijken nog eens
in de buggy, denken Ja toch een Chinees kindje. Dan horen we ze vervolgens
allemaal zeggen Zhong guo ren (Chinees mensje). Sommigen vragen het ons op de
man af. Anderen hoor je het zachtjes zeggen tegen de persoon waarmee ze samenlopen. In het
geval dat ze je ingehaald hebben, dus dezelfde richting oplopen als wij, zien we ze voor
ons meestal nog 1, soms 2, maar best vaak ook nog 3 keer omkijken: eerst naar Lin, dan
naar ons. En dat gaat zo wel 100 keer per dag. En ach het verveelt geen moment.
Ook op het plein van de Hemelse Vrede komt weer een groep Chinezen, van middelbare
leeftijd, rond en boven de buggy hangen. Stellen (nadat zich bovenstaand scenario zich
heeft afgespeeld) de volgende vragen: Is het een jongen of meisje?
Hoeveel maanden is ze? Waar komen jullie vandaan?. En Lin moet
alles wat er zich afspeelt maar accepteren. Soms lacht ze eens, maar meestal houdt ze een
strakgetrokken smoeltje, alsof ze denkt bemoei je met je eigen zaken
|